Sanur, 7 – 22 februari
We zijn geïnstalleerd…
We zijn geïnstalleerd. Na een tussenstop in Singapore zijn we dinsdagavond om 9 uur aangekomen in ons hotel Puri Mesari. De weg naar het strand is inmiddels verkend, de geldautomaat weten we te vinden en gisteren hebben we in ons lievelingsrestaurant gegeten. Tenminste, tot nu toe, we zullen er nog veel ontdekken.
De eerste woordjes Indonesisch hebben we geleerd waarbij “jalan jalan” het meest gebruikt wordt. Dit betekent “lopen” en moeten we om de haverklap zeggen als we over straat gaan. Elke taxi chauffeur roept, claxonneert, fluit of probeert op een andere manier onze aandacht te trekken om een ritje te versieren. En er zijn heel veel taxi’s.
Op een goede tweede plaats komt “terima kasi” wat “bedankt” betekent. Veel mensen proberen ons iets te verkopen en dat proberen we vriendelijk af te wimpelen met “tidak, terima kasi”. De mensen blijven niet aandringen dus het is acceptabel.
De eerste vrienden hebben we gemaakt, taxidriver Ketut wil ons graag het hele eiland laten zien. Iedereen wil je vriend zijn…
Zaterdag wordt een van de vele festivals gevierd en we denken erover om dan met hem weg te gaan naar de vele processies en tempels.
8 februari
Gisteren hebben we Ben en Niesje ontmoet, onze onderburen in Zutphen. Ze kwamen op de fiets. Die zijn al meer gewend aan het chaotische verkeer, men rijdt hier voornamelijk links maar als het zo uitkomt kan het ook anders. En er zijn heel veel brommertjes.
Ben en Niesje maakten ons een beetje wegwijs in de buurt, wisten te vertellen waar de enige supermarkt (Hardy’s) was en de leukste restaurants.
De buurt dus eerst maar “jalan jalan” verkend. Fietsen komt later wel.
9 februari
Vandaag aan het strand gelegen, bedje en drinken bij de hand. O, wat hebben wij het slecht …..
O ja, het weer… De afgelopen weken was het heel slecht, veel regen en wind. Je gelooft het niet maar vanaf het moment dat wij arriveerden, is het prima weer, ’s nachts een buitje en overdag zo in de middag een paar druppen, zo blijft het heerlijk stof-vrij. En de planten en bomen varen er wel bij. Er is heel veel groen.
11 februari, goden en demonen
Vandaag was het Kuningan, de 10e dag na Galungan. Vanaf Galungan brengen de goden een bezoek aan de aarde en vandaag zijn ze weer teruggegaan naar van waar ze zijn gekomen. De goden worden gunstig gestemd door hen offers te brengen, meestal kleine bakjes van gevlochten bladeren met daarin kruiden, fruit en bloemen.
De offers worden naar de tempel gebracht en daar tezamen met wierookstokjes bij de offerplaats neergelegd. Omdat een tempel een heilige plaats is, is het gebruikelijk om niet aanstootgevend gekleed te gaan. We kregen van de receptioniste een sarong.
Op de plaats naast de tempel werden hanengevechten gehouden. Bizarre happening om best veel geld. Het systeem van wie wat op welke haan inzet heb ik na een half uur kijken niet kunnen ontdekken. Raadselachtig. Het geld vliegt in propjes gevouwen van de ene kant van de arena naar de andere.
De rest van de dag hebben we op het strand doorgebracht.Nieuwe woordjes van vandaag: Apa kabar (hoe gaat het), Baik (goed) en sama sama (niets te danken).
O ja, het weer…… het is al droog sinds gistermorgen.
13 februari, excursie
Gisteren dagje strand, vandaag vroeg op om samen met Ketut en Yousin een excursie te doen naar Noordoost Bali, met als belangrijk doel de tempel Besakih en het Batur meer.
Ik zeg vroeg op, maar voor onze begrippen is dat tegenwoordig half acht, we zouden om negen uur vertrekken. Na het ontbijt reed Ketut voor met de auto en gingen we op weg. De eerste stop was Coa Lawah, de vleermuizentempelgrot. Raar gezicht om de vleermuizen daar zomaar te zien hangen.
De volgende stop was het museum en waterpaleis in Semarapura (Klungkung). Eigenlijk is het te warm (iets boven de dertig graden) om excursies te doen maar het is wel de moeite waard.
Het museum stelde oude Nederlandse kranten ten toon en schilderijen over onze bezetting van Indonesië. Ook was er veel werk van de Italiaanse schilder Emilio Ambron.
Daarna op weg naar de Besakih tempel, de moeder van alle tempels op Bali. De tempel ligt op de flanken van de hoogste berg, de Gunung Agung (meer dan 3000 meter hoog). De tempel was overweldigend, met onze gids hebben we daar meer dan een uur rondgelopen en erg genoten van het mooie uitzicht. Normaal gesproken zijn deze bezienswaardigheden vergeven van de mensen, hier was het erg rustig. Een verademing.
Na Pura (tempel) Besakih hebben we geluncht met een grandioos uitzicht op een vallei met sawa’s. Daarna op weg naar het Batur meer, naast de nog actieve vulkaan Gunung Batur. Viel ons wat tegen.
Dit was het meest noordelijke punt van onze excursie, terug naar Sanur via een koffieplantage en langs Ubud om nog wat sawa’s te bekijken.
Langs de weg staan vele stalletjes met de kunstprodukten van de regio, niet een paar maar kilometers lange aaneenschakeling van kunstzinnige uitspattingen, eten en drinktenten, houtsculpturen en alles wat je niet kan bedenken.
Omdat wij het meeste door de zijraampjes van de auto moesten bekijken werd ik er in ieder geval een beetje duizelig van….
Dat belooft wat voor als wij in Ubud logeren…
Ik ken nu de telwoorden tot honderd redelijk…
En het weer…. nog steeds droog!
15 februari, markt
Gisteren dagje strand en fietsen gehuurd, vandaag plannen gemaakt om op de fiets naar Denpasar te gaan, de grote stad hier 10 kilometer vandaan. Tenslotte moet je toch je beweging hebben. Het achterwiel van de fiets van Conny liep tegen de achterrem aan waardoor het wiel aansleepte en er dus meer kracht nodig is om te fietsen. Met zo’n grote rit voor de boeg gingen we dus maar even bij de fietsenverhuur langs om een andere fiets te halen.
De fietsen waren op, in ieder geval de fietsen zonder slinger in het wiel en andere mankementen.
Dus wij op de scooter, die werden ook verhuurd en in plaats van een goede fiets kregen we de scooter mee. Met een knellende helm op de kop gingen we dus op pad.
Het valt niet mee om en links te rijden en alle andere weggebruikers te ontwijken en ook nog de weg te vinden. De bestemming lag volgens de kaart zo’n 10 kilometer bij ons hotel vandaan maar in werkelijkheid hebben we er veel langer over gedaan om daar te komen waar we wilden zijn. Het doel was namelijk de traditionele Badung markt.
De markt bevindt zich in een gebouwen van zo’n 4 etages hoog. Er wordt textiel, levensmiddelen, huishoudelijke zaken, vlees, groenten, vis en nog veel meer aangeboden. Het “tidak, terima kasih” komt ons al vlot uit de mond.
De stroom viel uit…..
Het werd dus aardedonker in het gebouw. Blijkbaar gebeurt dat vaker want na een poosje brandden er allemaal kaarsen en zaklantaarns, een feeëriek schouwspel. Je waant je in de Middeleeuwen, vooral ook omdat de entourage primitief was.
Buiten hebben we wat foto’s gemaakt. Bij een eettentje wat Mie Ayam gegeten en daarna weer terug naar het hotel om de rest van de middag aan het zwembad verder door te brengen. Het was behoorlijk warm in de stad…..
Als je zo ’s avonds door de straat loopt en in de restaurants en terrasjes kijkt, zie je een tamelijk eenzijdig beeld van grijsaards die eten of zitten te wachten op eten. Wil niet zeggen dat wij nog zo piep zijn maar vooral Conny valt erg op door haar zeer jeugdige verschijning…
Woordjes: Rambutan (soort lychee), Baik (goed), Bir (bier), Air (water) … raar hè
En het weer …. ’s nachts een bui maar overdag nog steeds droog!
19 februari, regen
Gisteren dagje strand, vandaag plannen gemaakt om de fietsen weer eens te proberen.Gisteren dagje strand, vandaag plannen gemaakt om de fietsen weer eens te proberen.
Maar het moest er een keer van komen…. Regen…. De hele morgen heeft het geregend, welliswaar warm water maar ook daar word je nat van.
Het fietsen hebben we dus maar uitgesteld en vanmiddag een klein tochtje gemaakt naar het noorden, daar waar het erg rustig is, niemand op het (zwarte) strand.
’s Avonds met onze Zutphense buren wezen eten…. Lekker!
21 februari, op de brommert
Allereerst wil ik zeggen dat wij jullie reacties hartstikke leuk vinden…en verder willen we Maureen een Sandra erg bedanken voor hun tips voor Bali. We hebben er nu al veel aan gehad!
En, eh…..Moniek…Conny kijkt elke avond onder de lakens… Voor niet ingewijden lijkt dit misschien een vreemde opmerking maar Moniek weet waar het over gaat.
Gisteren weer een dagje strand gedaan, inmiddels zijn we al aardig bruin aan het worden. We proberen het zoveel mogelijk te doseren zodat we niet teveel UV in één keer vangen. Lukt toch niet helemaal, Conny heeft vellen op haar neus.
Vandaag was het plan op met de brommert naar Nusa Dua te gaan en onderweg het schildpaddeneiland te bezoeken. Nusa Dua is het schiereiland dat onder aan Bali ligt en waarop grote hotelconcerns grote resorts aangelegd hebben.
Na heftige regenbuien met hele grote druppels gingen we in de middag op pad.
Het eerste doel was het schildpaddeneiland Serangan. Vanaf de bypass (rondweg rond Sanur) zou het de eerste weg links moeten zijn. Dus wij op pad, bleek het de weg naar de vuilstort te zijn. Mensen bezig op de afvalberg om nog wat bruikbaar materiaal te vinden.. en stinken…
Het was dus de tweede weg links (ja, geen tomtom hè) en al gauw kwamen we waar we moesten zijn. Er was een schildpaddenopvangcreche, een soort Lenie het Hart maar dan voor schildpadden. In een bassin dreven allemaal mandjes met schildpadjes van klein naar groot die, als ze groot genoeg zijn, weer uitgezet worden in zee. Een paar grote schildpadden zorgden voor de eieren die daarna dus opgekweekt worden. Conny mocht ze voeren.
Verder was het niet zo heel erg bijzonder, ritjes op de rug van een schildpad zat er niet bij…
Daarna via de bypass, langs het vliegveld naar Nusa Dua, een leuke rit en als je je een beetje aanpast aan de snelheid van de overige weggebruikers dan is het ook niet eng. Conny zat in ieder geval redelijk relaxed achterop (ja, zelf rijden is nog even een brug te ver voor haar)
Nusa Dua is perfect aangelegd. Er is gras en het asfalt is overal goed, geen kuilen en ook strepen op de weg. Op de rotondes staan grote sculpturen. Er is echt gras en het strand is mooi en breed, echt een paradijs voor de verwende Bali ganger. Maar het had ook heel ergens anders kunnen liggen, het echte Bali zie je hier niet. En dat willen wij dus wel.
’s Avonds weer gegeten bij Tia Garden, blijft ons lievelingsrestaurant en niet alleen vanwege de prijs van de hot-plate ayam met nasigoreng van 32000 roepie (1 euro is 12000 roepie). Lekker!
22 februari, Kecak
Gisteren weer een dagje strand gedaan, afgesloten meteen bezoek aan McDonalds (Sundae ijsje voor 5500 roepies) en een voorstelling van Kecak dansers in Denpasar.
Dat was een leuke gebeurtenis. Er werd een verhaal gespeeld met boze geesten, trance dansen en aan het eind een soort van vermomde Emiel Ratelband die door een vuurtje liep. Leuke foto’s kunnen maken.
